Door de frontstreek rond Mesen en Ploegsteert (29 december 2020)

Parkoers: MesenPloegsteertWulvergemWijtschateMesen

Ik volgde de streek-GR Heuvelland van Mesen tot bij de Rozenberg (Ploegsteert) en wandelde terug via Wulvergem en de Spanbroekmolenkrater (Wijtschate). Tijdens de wandeling stapte ik voorbij heel wat begraafplaatsen en monumenten van de Groote Oorlog.

Het West-Vlaamse stadje Mesen heeft amper een duizendtal inwoners en is daarmee de kleinste stad van België. Het is gelegen in de Westhoek op een boogscheut van de Franse grens iets ten zuiden van het West-Vlaamse Heuvelland. Het stadje heeft een rijk verleden: er was ooit een abdij en in de vroege middeleeuwen zorgde de bloeiende lakennijverheid voor economische voorspoed. Tijdens de Eerste Wereldoorlog kreeg Mesen het zeer hard te verduren. Het ligt samen met het naburige Wijtschate op een heuvelrug (Messines Ridge) boven de Douvevallei en was dus strategisch heel belangrijk.

Voor het vroegere stadhuis op de Markt, waar nu het toeristisch infopunt is gevestigd, staat het kunstwerk over de Christmas Truce, de Kerstbestanden van 1914 in en rond Mesen: een Britse en Duitse soldaat reiken elkaar de hand met tussen hen in een voetbal. Op het Marktplein pikte ik het traject op van de streek-GR Heuvelland en begon mijn wandeling.

Ik wandelde voorbij de Sint-Niklaaskerk met de merkwaardige, koepelvormige toren. Dit was de kerk van de vroegere abdij en na de afschaffing van de abdij van het Koninklijk Gesticht. Een onverharde en modderige wegel bracht me tot bij het Ierse Vredespark en zijn toren, opgetrokken als eerbetoon voor de gesneuvelde Ierse soldaten. Enkele honderden meter verder staat op de flanken van de heuvelrug boven de Douvevallei een witstenen obelisk van het Nieuw-Zeelands monument.

Het GR-pad daalt vanaf de flanken af tot bij de Douve: eerst via een verharde weg en later een onverharde wegel. Bij de brug over het riviertje had ik geen andere mogelijkheid: het pad was herschapen in een modderbrij en dus zat er niks anders op dan door de modder te ploeteren. De Douve vormt hier de grens tussen West-Vlaanderen en Henegouwen. Het is nu moeilijk om voor te stellen dat dit riviertje in de Middeleeuwen werd gebruikt om via platte schepen goederen en vooral textielwaren te vervoeren.

Via een eerste Plugstreet klom ik uit de vallei tot boven de heuvel Hill 63 of ook wel de Mont de la Hutte genoemd naar het gelijknamige gehucht van Ploegsteert. Boven een beetje van de weg afgelegen, botste ik op een ruïne. Zouden dit de restanten zijn van het vergane “Chateau de la Hutte”, het kasteel van Alfred Breuvart, een rijke 19de-eeuwse textielmagnaat uit het Noord-Franse Armentières? Beneden voor mij aan de voet van de heuvel lag het bos van Ploegsteert.

Wat later bereikte ik het “Prowse Point Cemetery” en het UEFA-monument, dat in 2014 door toenmalig voorzitter Michel Platini werd onthuld ter herinnering aan de Kerstbestanden van 1914. Een andere Plugstreet, aan de noordelijke rand van het bos, en door de Britten tijdens de oorlog Mud Lane genoemd, bracht me voorbij het kleine “Mud Corner Cemetery”. Van modder bleef ik hier gespaard.

Daarna stapte ik het Ploegsteertbos in: eerst het Bois du Gheer en daarna het Bois de la Hutte. Midden in het bos zijn er nog enkele militaire begraafplaatsen en overgebleven bunkers. Via een modderige en gladde wegel beklom ik door het Bois de la Hutte de zuidflank van Hill63. Eenmaal boven had ik een mooi uitzicht over de Douvevallei en de torens van Mesen: de Ierse toren en de Sint-Niklaaskerk.

Ik bleef verder het GR-pad volgen in de richting van Wulvergem, het kleinste dorpje van Heuvelland en passeerde de Rozenberghoeve. Achter Wulvergem zag ik de Kemmelberg met zijn beboste heuveltop en aan mijn linkerzijde het hoger gelegen Nieuwkerke. Wat verder verliet ik de streek-GR en daalde af via de “Drève des Princes”, een schilderachtige naam voor een slijkerige veldwegel midden de akkers tot bij de Douve en het kerkje van Wulvergem.

Vanuit Wulvergem ging het opnieuw bergop en ik zette koers richting Spanbroekmolenkrater of Pool of Peace. Deze krater is een overblijfsel van de ontploffing van een dieptemijn onder de Spanbroekmolen in Wijtschate tijdens de Mijnenslag op 7 juni 1917. Deze molen stond op een strategisch belangrijke plaats boven op een heuveltop, iets ten zuiden van Wijtschate. Begin juni 1917 lieten de Geallieerden in totaal 19 mijnen ontploffen. De knal, de kracht en de schok van deze explosies moet enorm geweest zijn.

Van hieruit wandelde ik terug naar Mesen.

Mijn fotoreportage van de wandeling: Mesen 29 december 2020

Een verslag van een wandeling die ik eerder maakte in deze streek: Mesen 24 december 2016.

Facebooktwitterpinterestlinkedinmail

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.