Mijn wandeling doorkruiste de frontstreek ten oosten van het Ieperleekanaal tussen Noordschote en Boezinge. Hier aan dit stuk front ten noorden van Ieper werd door het Duiste leger in 1915 voor het eerst mosterdgas gebruikt. Het waren vooral Franse en Algerijnse soldaten die door het gas werden gedood. De frontlijn van de Ieperboog volgde tijdens de Eerste Wereldoorlog het Ieperleekanaal.
Ik begon mijn wandeltocht in Bikschote en volgde eerst een tijdje het onlangs geopende Beeuwsaertmolenpad. Het wandelpad start eigenlijk aan de Beeuwsaertmolen maar passeert ook voorbij de kerk van Bikschote waar meer parkeermogelijkheden zijn. Een graspad bezorgde mij al meteen natte wandelschoenen.
Aan de Stampkothoeve langs de drukke steenweg nabij Steenstraete verliet ik het wandelpad om verder noordwaarts te stappen door de polders van Poesel richting Drie Grachten. Dit gehucht ligt tussen Merkem en Noordschote langs het Ieperleekanaal. Een tegelpad (Poeselpad) bracht me tot bij een brugje over de Martjesvaart nabij Merkem. Een mooie onverharde weg langs de Martjesvaart leidde me tot bij het Ieperleekanaal nabij Drie Grachten.
Het Ieperleekanaal ofwel het kanaal Ieper-Ijzer heeft een lengte van vijftien kilometer en verbindt de stad Ieper met de Ijzer bij het verdwenen Fort de Knocke. Het kanaal werd gegraven in de dertiende eeuw en verder verbreed in de zeventiende eeuw. Het was van groot economisch belang voor Ieper.
Van Drie Grachten wandelde ik nu een zestal kilometer over het jaagpad langs het kanaal tot bij de sluis van Boezinge Sas. In Steenstraete moest ik de brug over omdat het jaagpad vanaf hier de andere kanaaloever volgt. Vanaf hier volgde ik opnieuw het Beeuwsaertmolenpad. In een weiland langs het kanaal nabij Steenstraete staat het gedenkteken van de gebroeders Van Raemdonck en Amé Fiévez. Tussen Drie Grachten en Steenstraete kan men ook het onverharde pad volgen op de westelijke kanaaloever zoals de GR131 Krekengebied- Ieperboog (zie mijn tocht van Diksmuide naar Ieper).
Omwille van het strategisch belang van het Sas en het kanaal werd eind zeventiende eeuw het Fort Saint-Nicolas gebouwd naar de plannen van de Franse vestingbouwer Vauban. Het zuidelijke, beboste deel van het vroegere Fort is nu een natuurgebied en eigendom van Natuurpunt. De site van Boezinge Sas werd door het Vlaamse Gewest geklasseerd als beschermd landschap.
Wat verder verliet ik opnieuw het wandelpad en wandelde nu zuidwaarts tot bij de Britse militaire begraafplaats Artillery Wood Cemetry en het Bretoense oorlogsmonument Carrefour des Roses. Het monument herdenkt de Franse soldaten, vooral afkomstig uit Bretagne, die hier stierven als slachtoffers van de eerste Duitse gasaanval. In de nabijheid staat een monument ter ere van Francis Ledwidge, een Iers soldaat-dichter die hier in de omgeving sneuvelde.
Daarna volgde een stukje over de oude spoorwegbedding van de lijn Ieper-Langemark-Torhout richting het gehucht Pilkem. Vanaf hier begon ik aan mijn terugweg via de Serpenthoek naar Bikschote en passeerde nu voorbij de Beeuwsaertmolen. De geschiedenis van de molen gaat terug tot in de zeventiende eeuw. Oorlog, brand en storm vernielden meermaals de molen maar deze werd telkens opnieuw opgebouwd.
Mijn fotoreportage: Bikschote 6 september 2020
Tijdens de wandeling herinnerde ik mij het boek dat ik onlangs las: “De herinnerde soldaat” van Anjet Daanje. De schrijfster vertelt het verhaal van een soldaat die tijdens de Eerste Wereldoorlog aan het front nabij Merkem zijn geheugen is verloren en zelfs niet meer weet wie hij is. Hij werd Noen Merkem genoemd omdat hij rond de middag werd teruggevonden in Merkem. Een mooi verhaal met een verrassend slot.




